25 jaar geknipt en geplakt

Wim van Eijk
Wim heeft zeventig mappen met knipsels. “Ik houd van verzamelen”.

 ‘25 jaar geknipt en geplakt’ is een expositie waarin vanaf 10 maart 2007 tot begin juni 2007  in het Cultuur Historisch Museum in Ter Aar de verzameling krantenknipsels en foto’s van Wim van Eijk wordt tentoongesteld. Wim van Eijk is een van de enthousiaste vrijwilligers van het museum. Hij maakt daar deel uit van de foto- en filmwerkgroep.
Jarenlang heeft hij met zijn camera het dagelijks leven in Ter Aar
vastgelegd en bovendien alles verzameld wat er over Ter Aar in de kranten verscheen. Dat betekent een heleboel informatie over wat er in Ter Aar in de afgelopen 25 jaar zoal gebeurde in het verenigingsleven; teveel om op te noemen. Het is voor hem erg leuk, dat de resultaten van zijn verzamelwoede nu voor iedereen te bezichtigen zijn in het museum.

Verzamelserie: ‘Heden vastleggen voor later’
18 januari 2012 Door de Dichtbijredactie (Witte Weekblad).
TER AAR – In deze serie over Nieuwkoopse verzamelaars mag Ter Aarder Wim van Eijk niet ontbreken. Dagelijks spit hij de kranten uit op zoek naar nieuws over Ter Aar, Langeraar, Papenveer en Korteraar. Na 30 jaar bestaat zijn archief uit 450 mappen vol krantenartikelen, aangevuld met foto’s en bijschrift.
Te voet of op de fiets met de fotocamera binnen handbereik, maakt Van Eijk elke dag wel een rondje. Of het nu gaat om scholen, verenigingen, kerken, tuinbouw of de renovatie van de Westkanaalweg, elk bericht wordt gearchiveerd.
‘De meeste onderwerpen hebben een eigen map, maar ik heb ook mappen met algemene informatie. Door bij krantenknipsels mijn eigen foto’s te plakken, ontstaat een prachtige verzameling’. Wat hem drijft? ‘Het heden vastleggen voor later en vooral lekker ouderwets bezig zijn. Lekker in de warme woonkamer aan de grote tafel. Ik ben altijd met mijn dorp bezig’.
Verhalen
Gezeten aan die grote tafel vertelt de verzamelaar temidden van een stapel mappen, over zijn hobby. ‘De mappen staan op een slaapkamer en op de vliering. Jaarlijks gaan alle mappen minimaal één keer door mijn handen’. Alle foto’s zijn genummerd. Hierdoor zijn de 14.000 negatieven en 14.000 digitale bestanden gemakkelijk in zijn archief terug te vinden. ‘Vijf jaar geleden ging ik over op digitale foto’s. Ik laat ze ontwikkelen, want met de computer heb ik helemaal niets. Ik gebruik hem alleen om verhaaltjes uit te typen’.
Verhalen schrijft de Ter Aarder aan de lopende band. ‘Voor bij de foto’s, maar ook over de dingen die ik tijdens mijn gang door het dorp zie en meemaak. En ik schrijf elke dag aan mijn levensverhaal waaraan ik jaren geleden ben begonnen’. Met zijn vulpen komen de mooiste verhalen op papier, die soms zelfs in dichtvorm worden herschreven.
Op 14-jarige leeftijd maakte Van Eijk zijn eerste foto. ‘Een natuuropname in zwart-wit. Natuur heb ik niet lang gefotografeerd. Ik hou meer van herkenbare dingen, zoals gebouwen’. Zijn mooiste foto zit in de map met foto’s en artikelen over de Langeraarse kerk. ‘De foto is gemaakt tijdens de viering van het 40-jarig priesterschap van pastoor Van Steekelenburg. Ik vind hem erg goed gelukt’.
In de toekomst wil Van Eijk zijn verzameling schenken aan de Cultuur Historische Vereniging Ter Aar. ‘Maar in het museum is geen plek voor alle mappen. Misschien moet alles dan eerst worden gedigitaliseerd’.

‘Mijn Ter Aar.
Geboren in de Kerkbuurt en altijd in Ter Aar gebleven.
Tussen boeren en de tuinders en het buitenleven.
Plaatjes schieten, mensen kijken hun vrije tijd besteding.
Hoe mooi is dit dorp, als je door de kernen rijdt.
Een stukje schrijven, door de krant, steeds maar weer,
boeide mij steeds vaker, meer en meer.
Het eerste knipsel is een verhaal van een boer uit Korteraar,
die in de clinch lag, toch niet met zijn gemaal.
Er gebeurde meer in Ter Aar en ook Langeraar deed mee;
dat hoort er bij, het is een bloemenzee:
De kwekers, harde werkers, komen in de krant,
daarmee is eigenlijk wel een hele grote band.
Die stukjes zijn geknipt, geplakt en daarna in boeken
de zolder vol gestouwd, soms wel eens zoeken,
maar nu kan worden tentoongesteld, zie hier
na 25 jaar geknipt en geplakt, met veel plezier’.
Wim van Eijk